Documente Academic
Documente Profesional
Documente Cultură
1. Interpersoonlijke competentie
Meedoen 3 goed
Zij is deelnemer aan de activiteiten van de leerlingen gericht op
het construeren van een zone van naaste ontwikkeling en geeft
positieve feedback op de participatie vóór de prestatie.
Leeromgeving 2 aanwezig
Zij ontwerpt voortdurend samen met de groep een rijke
leeromgeving behorend bij de ontwikkeling van het thema in de
klas. Deze leeromgeving maakt samen leren mogelijk.
2. Pedagogische competentie
Meedoen 3 goed
Zij is deelnemer aan de activiteiten van de leerlingen en daarbij
gericht op kritisch nadenken, verkennen van sociale groepen,
rollen en situaties in de echte wereld.
Leeromgeving
Zij ontwerpt samen met de leerlingen leeromgevingen waarin veel
ruimte is voor dialoog en polyloog.
1
OGO-Competenties
3. Vakinhoudelijk en didactisch competent
Thematiseren 2 aanwezig
Zij ontwerpt een rode draad voor betekenisvolle activiteiten. Het is
een samenhangend en vakoverstijgend activiteitenaanbod 1 nauwelijks
verbonden aan interessante thema’s. Zij ontwerpt activiteiten
doelgericht en start daarbij met het ontwerpen van spel- of
onderzoeksactiviteiten. Daar verbindt zij de overige activiteiten
functioneel aan.
4. Organisatorisch competent
Leeromgeving 2 aanwezig
Zij zorgt er samen met de groep voor dat de leeromgeving flexibel en
functioneel wordt ingericht en onderhouden. Zij zorgt er tevens voor
dat de groep overzicht houdt over de activiteiten en de daaraan
verbonden doelen.
2
OGO-Competenties
5. Competent in het samenwerken met collega’s
Zij ontwerpt samen met collega’s het onderwijsaanbod voor een 3 goed
bepaalde periode (bijvoorbeeld per thema). Zij wisselt regelmatig
ervaringen en activiteiten uit om zo tot een meer samenhangende Het samen maken van een
aanpak te komen. Zij reflecteert met collega’s op haar dagelijkse themaplanning waarbij iedereen een
planning en op de ontwikkeling van kinderen om zicht te houden op eigen rol heeft en waarbij constant
de kwaliteit van het aanbod en om goede vervolgbeslissingen te wordt gereflecteerd. Daarnaast
kunnen nemen. evalueer ik iedere dag met mijn mentor
over het verloop van de dag.
2 aanwezig
Reflectie op de eigen ontwikkeling
Zij reflecteert periodiek de eigen OGO-vaardigheden. Zij kan een
beeld van het eigen OGO-leraarschap geven en daarin
ontwikkelpunten aanwijzen. Zij is in staat OGO-bronnen te
gebruiken bij het werken aan deze ontwikkelpunten.
3
OGO-Competenties